Altocumulus floccus komt van het geslacht altocumulus, met als betekenis hoog-gestapeld en de term floccus komt van vlokvormig of wolvlok.
Het worden grote schapewolkjes genoemd, maar de basis van de wolken is rafelig.
Altocumulus floccus komt van het geslacht altocumulus, met als betekenis hoog-gestapeld en de term floccus komt van vlokvormig of wolvlok.
Het worden grote schapewolkjes genoemd, maar de basis van de wolken is rafelig.
Het weer wordt altijd beinvloed door water.
Water warmt langzamer op dat het land, dit heeft invloed op de temperatuur verschillen tussen aan water grensende gebieden en landinwaards.
Verder beinvloed water de bewolking. In deze tijd van het jaar ontstaan boven land geregeld stapelwolken en is het aan zee vrijwel helder. Wel meer zon dus langs de kust, maar ook lagere middagtemperaturen door het relatief nog koude (zee)water.
Altocumulus zijn witte of grijze wolkenbank of wolkenlaag, in het algemeen met schaduwing, bestaande uit stroken.
Altocumulus bestaat voor het grootste gedeelte uit waterdruppeltjes. Bij zeer lage temperaturen komen er ijskristallen in voor.
Cirrocumulus bestaat vrijwel uitsluitend uit ijskristallen; er kunnen in deze wolken sterk onderkoelde waterdruppeltjes aanwezig zijn, maar deze gaan gewoonlijk snel over in ijs.
Er zijn vier hoofdtypen, ook wel wolkenfamilies genaamd:
Lage bewolking
De basishoogte van deze wolken ligt binnen de gematigde breedten tussen 0 en 2 km (0 tot 6500 voet). Mist is ook laaghangende bewolking die tot de grond reikt en behoort wanneer het van de grond komt tot het geslacht stratus.
Middelbare bewolking
Wolken halverwege de troposfeer, tussen 2 en 5,5 kilometer (6500 en 16500 voet), worden middelbare wolken genoemd. Er worden drie geslachten onderscheiden:
Hoge bewolking
Wolken die boven een hoogte van 5,5 kilometer voorkomen, bestaan meestal volledig uit ijskristallen. Ze lijken heel langzaam te bewegen of zelfs stil te staan, maar door de grote hoogte geeft dat een vertekend beeld: in werkelijkheid gaan ze snel, soms meer dan 100 km/uur. Veel van deze wolken hebben een draderige, harige of veerachtige structuur. De Latijnse hoofdnaam voor deze vederwolken is (Latijn voor “haarlok”). Er worden drie geslachten onderscheiden:
Verticaal ontwikkelde bewolking
Verticaal ontwikkelde wolken op hoogtes tot 18 km, maar dit is sterk afhankelijk van de temperatuur en de luchtdichtheid. Het grote verschil tussen verticaal ontwikkelde wolken en bijvoorbeeld lage wolken, is dat lage wolken op één bepaalde ‘etage’ zijn, en verticale wolken zo verticaal ontwikkeld dat ze op meerdere etages zijn.