Onder klimaat verstaat men het weer over een lange periode: het is een sysnthese van weerkundige veranderlijke grootheden zoals de gemiddelde maandelijkse regenval en de dagelijkse maximum- en minimumtemperatuur in een bepaalde periode. Bij zulke synthesen wordt ook gekeken naar extremen en hoe vaak die voorkomen. Een meetperiode van minimaal dertig jaar is nodig om iets te kunnen zeggen over het klimaat in het betreffende gebied. Hoe langer die periode is, des te gedetailleerder het klimaatbeeld.
Vochtigheid, aantal uren zonneschijn, bewolkingsgraad, snelheid en richting van de wind, windstoten en sterkte van het zonlicht worden ook bestudeerd. Door het combineren van al deze gegevens ontstaat iets dat we ‘het klimaat’ in een bepaald gebied noemen.